Vakantiegeld voor bedienden

Vakantiegeld voor bedienden

 

Om onze dienstverlening nog te verbeteren worden de werkgeversbijdragen voor bestaanszekerheid en het aanvullend pensioen vanaf het eerste kwartaal van 2021 rechtstreeks samen met de basisbijdragen voor de RSZ geïnd.

De RSZ heeft vanaf 2021 immers 6 kengetallen (de 3 eerste cijfers van uw RSZ-nummer) voorzien voor de binnenscheepvaart om een onderscheid te kunnen maken tussen de subsectoren in de binnenvaart:

     - Kengetal 121: voor de binnenvaart + passagiersvaart 40u voor derden
     - Kengetal 221: voor de kanaalarbeid + passagiersvaart 38u voor derden
     - Kengetal 421: voor de passagiersvaart 40u voor eigen rekening
     - Kengetal 521: voor de passagiersvaart 38u voor eigen rekening
     - Kengetal 621: voor de systeemvaart
     - Kengetal 721: voor de sleepvaart

Om het administratief niet te complex te maken (beperken tot 6 kengetallen in plaats van 12 anders) zullen bedienden (het PC nr. 139 is immers een gemengd paritair comité d.w.z. dat er zowel arbeiders - de meerderheid - als bedienden kunnen in voorkomen), worden bedienden op het vlak van de sociale zekerheid als arbeider beschouwd voortaan.

Dit heeft tot gevolg :

- dat het vakantiegeld voortaan voor de bedienden uit onze sector door de Rijksdienst voor Jaarlijkse Vakantie zal worden betaald in plaats van rechtstreeks door de werkgever aan de bediende . Net zoals bij de arbeiders dus. Op het arbeidsrechtelijk vlak (bijvoorbeeld: soort contract, gewaarborgd loon, .. ) blijven ze echter het statuut van bediende behouden. Dit zal echter pas merkbaar worden vanaf 2022 vermits het vakantiegeld steeds op het vorig jaar wordt berekend (het vakantiedienstjaar). Het aantal vakantiedagen blijft uiteraard gelijk maar deze dagen zullen ook in de vakantiebetaling van de Rijksdienst voor Jaarlijkse Vakantie vervat zitten.

- dat de RSZ-bijdragen voor de werkgever en de werknemer zullen berekend worden op het bruto loon aan 1,08 net zoals voor de arbeiders. Deze berekening op basis van 1,08 dient om de persoonlijke RSZ-inhouding voor de werknemer en de werkgeversbijdragen  op het enkel vakantiegeld te compenseren vermits deze niet wordt ingehouden door de Rijksdienst voor jaarlijkse vakantie. Het is dus over het geheel een kostenneutrale operatie.