Vakantiegeld voor bedienden

Vakantiegeld voor bedienden vanaf 2022

Om onze dienstverlening nog te verbeteren worden de werkgeversbijdragen voor bestaanszekerheid en het aanvullend pensioen vanaf het eerste kwartaal van 2021 rechtstreeks samen met de basisbijdragen voor de RSZ geïnd. Dit heeft als gevolg : 

- dat het vakantiegeld voortaan voor de bedienden uit onze sector door de Rijksdienst voor Jaarlijkse Vakantie zal worden betaald in plaats rechtstreeks door de werkgever aan de bediende. Net zoals bij de arbeiders dus. Op het arbeidsrechtelijk vlak (bijvoorbeeld: soort contract, gewaarborgd loon, .. ) blijven ze echter het statuut van bediende behouden. Dit zal echter pas merkbaar worden vanaf 2022 vermits het vakantiegeld steeds op het vorig jaar wordt berekend (het vakantiedienstjaar). Het aantal vakantiedagen blijft uiteraard gelijk maar deze dagen zullen ook in de vakantiebetaling van de Rijksdienst voor jaarlijkse vakantie vervat zitten.


- dat de persoonlijke RSZ-inhouding voor de werknemer (13,07% op het bruto loon ) zal berekend worden op het bruto loon aan 1,08 net zoals voor de arbeiders. Deze berekening op basis van 1,08 dient om de persoonlijke RSZ-inhouding voor de werknemer op het enkel vakantiegeld te compenseren vermits deze niet wordt ingehouden door de Rijksdienst voor jaarlijkse vakantie. Over het geheel bekeken op jaarbasis is dit kostenneutraal.